![]() Menno Bosma - Journalistieke producties
| |
![]() ![]() ![]() |
Journalistieke thema'sJeugdzorgTerugblik minister voor Jeugd en GezinRouvoet zucht om oppositieZijn bestaan is hectischer dan ooit, want demissionair minister voor Jeugd en Gezin André Rouvoet bestiert nu ook het ministerie van Onderwijs. Toch oogt hij ontspannen. De klus zit er bijna op. ![]()
Jeugd en Co spreekt met… Wie? André Rouvoet ![]() Drie jaar geleden zei u tegen Jeugd en Co: ‘Ik ben niet van de stelselwijziging.’ Juist u stelt nu voor om de vrijwillige hulpverlening en de AMK’s weg te halen bij Bureau Jeugdzorg…“Ik kwam binnen in de wetenschap dat de Wet op de Jeugdzorg geëvalueerd zou worden. Maar ik had geen zin in een vier jaar durend stelseldebat. Dan was de sector eerst drie jaar op zijn handen gaan zitten.” U oogst niet alleen lof voor uw plan om jeugdzorgtaken bij de provincie weg te halen. Het Nederlands Jeugdinstituut is bang voor nog meer versnippering en bestuurlijke drukte.“Dat onderbouwen ze niet echt. In mijn plan gaan we van vijf financieringsinstanties – het Rijk, de provincies, de gemeenten, de AWBZ en de zorgverzekeraars – naar twee. De verantwoordelijkheid voor de bulk van de jeugdzorg komt bij de gemeenten te liggen, de verzekeraars doen de ggz.” Door uw plan weten jeugdzorgorganisaties nu langdurig niet waar ze aan toe zijn.“Dat bezwaar geldt op elk willekeurig moment. Kijk, na de evaluatie van de Wet op de jeugdzorg moest er een kabinetsreactie komen. Dat een stelselwijziging niet kan nu het kabinet demissionair is, begrijp ik. Maar ook een nieuw kabinet kan niet om de conclusies van de evaluatie heen. Inhoudelijk bevat dit plan veel waaraan niemand ontkomt: vereenvoudiging en meer samenhang.” De MOgroep vindt dat uw plan het onmogelijk maakt snel te schakelen tussen vrijwillige en verplichte zorg en tussen AMK en Bureau Jeugdzorg, omdat u ze organisatorisch uit elkaar trekt.“Ze hebben die overhaaste kritiek inmiddels teruggenomen. In mijn plan wordt de gedwongen hulp toegankelijk vanuit het Centrum voor Jeugd en Gezin. Anderzijds zal een gezinsvoogd bijvoorbeeld al bij een dreiging van een ondertoezichtstelling met een gezin aan de slag kunnen, of na afloop de hulpverlening in vrijwillig kader voortzetten. Bij de AMK’s is er qua hulp een dubbeling met het Steunpunt Huiselijk Geweld en qua onderzoek met de Raad voor de Kinderbescherming. Die dubbelingen halen we eruit. Maar het ‘merk’ AMK blijft bestaan en hoeft fysiek van mij niet weg bij Bureau Jeugdzorg.” Zijn de gemeenten klaar voor de grote verantwoordelijkheden die u ze toebedeelt?“Nog niet, vandaar de ruime overgangsperiode die ik inlas. Vanaf 2014 wordt de wetgeving aangepast en uiterlijk in 2018 moet de overgang een feit zijn. In de tussentijd moeten gemeenten zich voor hun nieuwe taken kwalificeren. (Lachend:) De provincies kregen de Wet op de jeugdzorg in één keer over de schutting gegooid, dan moet dit ook kunnen.” De parlementaire werkgroep toekomstverkenning jeugdzorg is nog druk bezig. Wat verwacht u daarvan?“Ze hebben veel gesprekken gevoerd en zijn ongetwijfeld dezelfde knelpunten tegengekomen als ik. Ik heb de indruk dat het lastig voor ze is om tot een gemeenschappelijk standpunt te komen. Ik voer graag nog een debat hierover met de Kamer, maar als de Kamer dat niet wil: jammer dan.” Jeugdzorg is voorwerp geworden van politieke scoringsdrift.“Af en toe zucht ik. Laatst zei de SP: de minister luistert eindelijk naar ons. En de VVD wilde geloof ik zowel de Centra voor Jeugd en Gezin als de Bureaus Jeugdzorg kwijt. Maar goed, ik snap dat mevrouw Dezentjé (de VVD-woordvoerster voor jeugdzorg, [i]red[/i]) niet als opdracht heeft om tevreden over mij te zijn. Ik constateer met blijdschap dat jeugdzorg hoger op de politieke agenda is gekomen.” Wat beschouwt u als het voornaamste wapenfeit van uw ministerschap?(Leunt ontspannen achterover:) “Dat kindermishandeling voor het eerst een thema is geworden. Ik kan me niet heugen dat we er in de dertien jaar dat ik in de Kamer zat ooit een apart debat over hebben gevoerd. Na drie maanden had ik er een actieplan voor. In 2008 heb ik daar de Andries van Dantzig-penning voor gekregen. Die zag ik overigens als een teken van waardering voor de hele sector.” En wat was het dieptepunt?“Ik had gehoopt dat we de wachtlijsten hadden kunnen wegwerken. Al is het mega dat we ze met 70 procent hebben kunnen reduceren. Ik heb goede verwachtingen van het nieuwe stelsel. De gemeenten hebben er straks financieel belang bij om te voorkomen dat mensen een beroep doen op zwaardere en dus duurdere zorg. Nu ontbreekt die prikkel.” Wat heeft de sector in uw ogen goed gedaan de afgelopen drie jaar?“Die heeft veel voor zijn kiezen gekregen en is toch aan de slag gegaan met de professionalisering, het tuchtrecht, het Deltaplan, Beter Beschermd, het terugdringen van de bureaucratie, een betere indicatiestelling, de verwijsindex, kindermishandeling… Ik heb daar diep respect voor. Dat we volgens de oppositie drie jaar hebben verspeeld, vind ik (verheft zijn stem:) chronisch tekort doen aan de sector. De minister een tik geven hoort erbij, dat is partijpolitiek. Maar ik vind dat de SP, de VVD en soms ook D66 onrecht doen aan de sector.” En wat liet de sector liggen?“Ik snap dat je een aantal stappen moet zetten voordat het tuchtrecht is ingevoerd. Maar ik had op meer vaart gehoopt.” U combineert nu Jeugd en Gezin met Onderwijs. Een mooi nieuw dubbelministerie voor de toekomst?“Ze sluiten heel nauw aan, ja. Zeker met het pakket dat ik nu heb, met het primaire en speciale onderwijs en de kinderopvang erin.” Anderzijds werd de loftrompet gestoken over de programmaministeries in dit kabinet, onder meer door de Raad voor het Openbaar Bestuur.“Ja, en nu ook door de CDA-jongeren. (Lacht) Soms breekt de zon even door. Ik heb steeds gezegd dat dit niet iets voor één kabinetsperiode is. Of de programmaministeries aan de bezuinigingsdrang ten prooi gaan vallen? Nou, met Jeugd en Gezin opheffen bespaar je niks, want we hebben geen eigen gebouw. Dan gaan de ambtenaren terug naar hun oorspronkelijke ministeries en begint de verkokering weer. Nee, voor kostenbesparing moet je bij andere ministeries zijn.”
Jeugd en Co, mei 2010
|
![]() |